Bereid je voor op Straatvinken en doe de test
Meestal is het duidelijk of iets een fiets of een auto is. Maar soms zijn er twijfelgevallen. Wat te doen met een elektrische step, een tractor of een ruiter te paard? Wil je kijken of je het verkeer in de juiste categorie indeelt, doe dan de test.
Hoe werkt het?
1
Bekijk het instructiefilmpje
Professor Thomas Vanoutrive (UAntwerpen) legt in dit instructiefilmpje helder uit welke categorieën van vervoermiddelen we vinken.
2
Nu is het jouw beurt!
De Universiteit Antwerpen maakte een test die je eenvoudig zelf kan doen op smartphone, tablet of pc.
(Bij deze test verzamelen we geen persoonsgegevens. De onderzoekers gebruiken de gegevens wel in onderzoek over hoe burgers het verkeer tellen. Je kan de test ook verschillende keren doen.)
3
Wil je meer weten? Lees alle details hieronder
Met Straatvinken tellen burgers het verkeer. Dat kan zowel met een smartphone-applicatie als met een papieren telformulier. Daarbij gebruiken we 8 categorieën om het verkeer in te delen. Dat zijn: (1) vrachtwagen, (2) autobus, (3) bestelwagen, (4) auto/brommer, (5) fiets , (6) voetganger, (7) bakfiets, en (8) step. Het meeste verkeer is eenvoudig in een van de categorieën te plaatsen. Maar soms is het minder duidelijk in welke categorie iets thuishoort. Denk aan een ruiter te paard, een kampeerwagen of een tractor. Daarom geven we hier wat meer uitleg. Dat helpt om de telgegevens zo vergelijkbaar mogelijk te maken.
Verkeer kunnen we op verschillende manieren indelen. Zo zien we op een rijbewijs andere categorieën dan degene die worden gebruikt bij de verkeersbelasting. Belangrijk daarbij is waarom het verkeer gemeten wordt. Bij Straatvinken zijn de modal split en leefbaarheid belangrijk. Uiteindelijk werd besloten te werken met 8 categorieën. Dat zijn er niet te veel, zodat het eenvoudig blijft om mee te tellen. Tegelijkertijd geven deze 8 categorieën een mooi overzicht van de verschillende types verkeersmodi.
Vrachtwagen: alle types vrachtwagens, tractoren, graafmachines,…
In deze categorie vallen allerhande zware voertuigen. In de wetgeving gebruikt men dikwijls de grens van 3,5 ton. In deze categorie vallen vrachtwagens, zowel met aanhangwagen of oplegger, als vrachtwagens die uit één geheel bestaan. Maar ook andere grote en zware voertuigen horen thuis in de categorie ‘vrachtwagen’. Denk daarbij aan tractoren, landbouwmachines (bv. een pikdorser) en graafmachines.
Autobus: bus en tram
Een bus is een voertuig dat bedoeld is om passagiers te vervoeren. Een veelgebruikte grens is hier 8 passagiers en 1 chauffeur. Wanneer een voertuig meer dan 8 passagiers kan vervoeren, dan valt het in deze categorie. Dat kunnen zowel bussen als trams zijn.
Bestelwagen: kleine bestelwagen en minibus
Een bestelwagen is een voertuig dat in de eerste plaats bedoeld is om vracht te vervoeren. Het weegt minder zwaar dan een vrachtwagen (minder dan 3,5 ton). In de wetgeving heeft men het ook over ‘lichte vracht’. In deze categorie vallen bijvoorbeeld ook pick-up-trucks. Sommige bestelwagens hebben een vrij grote laadruimte maar zijn toch geen vrachtwagen. Kijk daarom naar de cabine waar de chauffeur zit. Die verschilt duidelijk tussen bestelwagens en vrachtwagens. Een minibus (tot 8 passagiers) en een kampeerwagen (mobilhome) zijn vaak bestelwagens die wat zijn aangepast. Daarom vallen die ook in de categorie ‘bestelwagen’, ook al zijn ze niet bedoeld om vracht te vervoeren.
Auto / Brommer: auto, zware motor, lichte bromfiets, (elektrische) scooter, …
In deze categorie vallen zowel personenwagens, motoren als bromfietsen. Het gaat om voertuigen met een motor die niet behoren tot de categorieën vrachtwagen, bus of bestelwagen, en waarbij de gebruiker zelf niet meetrapt. Let op: een scootmobiel (elektrische rolstoel), ruiter te paard en een hooverboard behoren tot de categorie fiets, ook al levert de gebruiker zelf geen energie.
Fiets: fiets, elektrische fiets/pedelec, tandem, skateboard, hooverboard, rolschaatsen, scootmobiel, ruiter te paard, …
Tot deze categorie behoren diverse soorten fietsen, zowel tandems, elektrische fietsen als eenwielers. Daarnaast zijn er nog heel wat voertuigen die gebruikmaken van het fietspad (indien er een fietspad is). Daarom dat skateboard, rolschaatsen en scootmobiel in de categorie fiets vallen. Ook een ruiter te paard hoort thuis in de categorie fiets, al mag die niet op het fietspad.
Voetganger: voetganger, rolstoel, kinderwagen, …
In de categorie voetganger hoort het verkeer thuis dat normaal gezien gebruikmaakt van het voetpad. Dat gaat over mensen die wandelen, maar ook over een kinderwagen of standaard rolstoel (niet de scootmobiels en handbikes die thuishoren in de categorie fiets). Ook bijvoorbeeld een vijfjarig kind op een kleine step mag op het voetpad, en mag dus in de categorie ‘voetganger’.
Bakfiets: fiets met bak of met kar
In deze categorie zitten fietsen met een bak vooraan of achteraan waarin goederen en vaak ook kinderen worden vervoerd. Ook een fiets met een kar achteraan tellen we in deze categorie.
Elektrische step en monowheel
Deze categorie zijn voertuigen waarop gebruikers rechtstaan en zelf geen energie leveren om voort te bewegen. Ook monowheels vallen daarom in deze categorie omdat de gebruiker dus rechtstaat en niet trapt met pedalen zoals met een fiets of zich afduwt zoals bij de kinderstep.
Hoeveel vinkjes?
Tot slot is er nog de vraag hoeveel streepjes je moet zetten. Straatvinken telt voertuigen. Het aantal passagiers in een bus of auto speelt daarbij geen rol. Ook het aantal personen op een fiets speelt geen rol. Eén fiets is één fiets, of het nu een tandem is of een fiets met een kinderzitje. Bij voetgangers tellen we wel het aantal personen. Iemand die een andere persoon voortduwt in een rolstoel, tellen we als 2 ‘voetgangers’.